Als ik een boek lees, prikkel ik graag mijn zintuigen. Niet alleen door een boek te lezen, maar ook door eraan te ruiken en het aan te raken. Verder laat ik mij graag ondersteunen door grafieken en diagrammen. Een boek hoeft voor mij niet alleen maar tekst te zijn. Op al deze vlakken voldoet AI Agents meer dan voldoende: het is een visueel aantrekkelijk boek met een gezonde dosis afwisseling tussen tekst en afbeeldingen. Verder lijken kosten noch moeite te zijn gespaard om het boek kwaliteit mee te geven: het voelt zwaar en glossy.
Enthousiasme
In een tijdperk van digitale technologie weten de auteurs Job van den Berg en Remy Gieling de ‘ouderwetse’ boekdrukkunst nog volwaardig in te zetten. Ook als het op de afbeeldingen zelf aankomt, kan ik weinig ‘AI’ ontdekken. Zo ziet de lezer regelmatig foto’s van de auteurs zelf, breed lachend en met een enthousiasme dat oprecht voelbaar is. Kortom, in dit boek zit een hoop werk en die energie laat zich zien én voelen.
Toch kan ik niet ontkennen dat het geheel mij ook regelmatig het gevoel geeft alsof ik een reclamefolder lees die rechtstreeks uit Silicon Valley komt. Wie nog geen idee had wat AI Agents zijn of wie ze maakt, komt met dit boek ruimschoots aan zijn trekken. Voor elk probleem lijkt er wel een (Amerikaans) bedrijf te zijn met een technische oplossing. Heel gek is die insteek niet als je leest dat de auteurs elk jaar in San Francisco te vinden zijn om daar met CEO’s en CTO’s te spreken over nieuwe (technologische) ontwikkelingen. Een aantal van die gesprekken kun je in dit boek lezen en het is plezierig om over hun ervaringen en visie te lezen. Het maakt technologische ontwikkeling menselijk.
Bestaansrecht
De boodschap die als een rode draad door dit boek is geweven, is er helaas een die ik al meer dan een decennium hoor: wie geen gebruik maakt van AI mist de trein en moet vrezen voor zijn bestaansrecht. Een mantra dat ik persoonlijk al meer dan een decennium hoor. Daarbovenop komt dat de algemene woordkeuze in dit boek nogal Trumpiaans aanvoelt: AI is ‘spectaculair’, ‘geweldig’ en ‘onvermijdelijk’. Gecombineerd met kantoortaal op executive level, matrices en canvaswerk lijkt de inhoud soms zo uit een (oude) presentatie van McKinsey te zijn gerold.
vaandeldrager
Volgens Job en Remy gaan AI Agents de werkende wereld veranderen. Daar is volgens hen geen twijfel over mogelijk, want met de ontwikkeling van AI Agents heeft de AI-technologie eindelijk haar vaandeldrager gevonden. De technologische verovering van menselijk werk is daarmee haast een wiskundige zekerheid. Het is dan ook zaak dat elk bedrijf zo snel mogelijk alle zeilen bijzet. Dat mensen daarbij wel eens de bottleneck vormen, is voor beide auteurs geen optie. Bedrijven kunnen zich geen vertraging permitteren, tenzij ze niets geven om hun eigen bestaansrecht. Het is een technocratische insteek met AI first, humans second.
happy flow
AI Agents belooft een praktische gids te zijn, maar laat dit in mijn optiek te weinig zien. Hoewel er veel wordt verteld over wat er allemaal moet gebeuren, blijft het allemaal wat strategisch en wordt er geen concreet voorbeeld uitgewerkt. Het gros van de voorbeelden komt eigenlijk niet verder dan een beschrijving waarin een menselijk proces wordt vervangen door een technologisch proces via een happy flow: een verandering zonder tegenwerking of vertraging. Daarmee ontstaat onterecht het beeld dat de benodigde verandering voor elk bedrijf op een steenworp afstand haalbaar is door alleen maar te verbinden met een IT-bedrijf.
experimenteren
Waar gelukkig wel op wordt gehamerd, is het belang van doen boven praten en de noodzaak om te experimenteren. Door de juiste mensen bij elkaar te zetten en processen zorgvuldig onder de loep te nemen, wordt de informatie verzameld die nodig is om verandering tot stand te brengen. Dat deze exercitie ook kan betekenen dat de grootste winst niet bij AI ligt, lees ik helaas niet terug, want eigenlijk is dat geen optie. Come with me if you want to live.
Een mooi voorbeeld vond ik dat van AFAS. Door AI in te zetten in hun bedrijfsprocessen mogen werknemers vier dagen werken voor vijf dagen loon. Is die vijfde dag dan echt vrij? Nee, want die vijfde dag moet maatschappelijk verantwoord worden ingezet. Daarmee blijft de belangrijkste vraag rondom techniek ook in dit boek onbeantwoord: in wiens voordeel is die verandering eigenlijk?
Over Marc Jacobs
Marc Jacobs is datawetenschapper, machine learning engineer en statistisch consultant. Auteur van 'Van aardbeving tot zoönose: - over de inzet van modellen voor beleid' en 'De onttovering van AI: een pleidooi vor het gebruik van gezond verstand.